Hans2Malawi.reismee.nl

Terug in Nederland

De laatste blog die ik zal schrijven, is vanuit Nederland. Na een goede terugreis zonder vertraging ben ik afgelopen vrijdag om 13.15 uur weer veilig op Nederlandse bodem geland. En ook de koffers zijn veilig aangekomen. Het was een warm thuiskomen met alle familie en vrienden die ons stonden op te wachten. Na een uurtje van Schiphol naar huis gereden te hebben, en daar een groot spandoek te zien hangen met: Welkom thuis Hans, hebben we een lekker broodje kroket op. Dat was wel erg lekker. Die heb ik die vijf maanden namelijk maar één keer op. En ze smaakte nog steeds erg lekker.

Het is de afgelopen dagen wel wennen geweest aan de kou en het Nederlandse ritme. Alles gaat weer snel en op tijd. Maar daar moeten we maar weer aan wennen. Ik moet het gewone ritme ook weer gaan oppakken, en op zoek naar een baan. Het is nog wel steeds een raar idee als je weer hier bent, om dan te denken dat je vijf maanden in Malawi hebt gewoond. Het zijn echt twee totaal verschillende werelden die niet samen in je hoofd passen. De herinneringen zullen altijd blijven. En ik zal nooit zeggen dat ik niet terug zou willen. We zullen het wel zien wat de toekomst brengt.

Hartelijke groet vanuit het koude en sneeuwachtige Nederland,

Hans

Afronden en afscheid in Afrika

Dit is de laatste blog die ik nu vanuit Malawi schrijf. De tijd zit er hier al weer op. Bijna vijf maanden zijn voorbij gevlogen. Het heeft wel twee kanten, ik zou hier nog wel langer willen blijven, maar vind het ook weer fijn om m’n familie te zien.

De palliative care room hebben we helemaal kunnen afronden. Dat was namelijk nog niet helemaal zeker. Want hier in Afrika is niks zeker. Het was nog even afwachten of de kast op tijd af zou zijn. Gelukkig is dat gisteren gelukt, dus konden we alles opruimen en foto’s maken van een room die helemaal af is. Ook hebben we afgelopen week nog veel mensen kunnen bereiken met de outreachweek. Het was de bedoeling dat we vijf dagen zouden weggaan. Maar uiteindelijk was het vier dagen door een personeelstekort op donderdag. We hadden namelijk op maandag van twee mensen een mededeling dat ze toch heel de week niet mee konden. Daar sta je dan, zonder personeel te hopen dat je toch nog iemand kan vinden. Uiteindelijk hebben we via de matron (hoofdverpleegkundige) iemand kunnen krijgen die mee kon voor drie dagen, en zelf is ze ook nog één dag mee geweest. We hebben een leuke en mooie week gehad, waarin we ook weer veel beleefd hebben.

Ook heeft het palliative care team gisteren een afscheidsfeestje voor mij gegeven. Emily ging ook nog voor mij zingen. Erg leuk wat ze allemaal voor je doen, en hoe ze terugkijken op de afgelopen vijf maanden.

Daarnaast hadden ze afgelopen zaterdag het grote afscheidsfeest georganiseerd met de Bijbelstudiegroep. Mariëlla, Rianne en ik zaten al bij het meer omdat het voor Rianne en mij de laatste dagen waren, en Mariëlla was gezellig mee. Op zaterdag kwamen ze ons ophalen. Het was niet helemaal een verrassing meer, maar wel super leuk. We waren met een grote groep van boven de dertig mensen. We hebben gezellig met elkaar gezwommen, gegeten, en ze hebben natuurlijk ook afscheid van ons genomen. Het blijft nog wel een apart idee dat je in januari aan het meer zit en gewoon nog warm weer had, namelijk rond de 30?C.

Het blijft ook nog een aparte ervaring dat je vrijdag middag hopelijk weer in Nederland staat. Je kunt het je gewoon niet voorstellen. Maar dat was ook voordat ik weg ging. Je kon je toen ook niet voorstellen dat je toen over een paar dagen in Afrika stond. We gaan het beleven.

Ik kan wel terugkijken op een gave ervaring die ik niet had willen missen. Een ervaring die ik voor m’n leven lang meeneem. En waar ik waarschijnlijk ook veel aan zal terugdenken. Het is ook een ervaring die mij veranderd heeft, je weet nu wat het is om armoede te hebben, of niet alles tot je beschikking te hebben. Je leert de kleine dingen waarderen, kan met simpele dingen lekker eten maken. En dat hoop ik in Nederland ook wel vast te gaan houden. Daarnaast zal het ook weer wennen zijn om in het Nederlandse ritme te komen, en dat zal waarschijnlijk wel een paar weken duren.

Vandaag nog de laatste dingen inpakken. Van de laatste mensen afscheid nemen, maar ook de laatste woensdagavond Bijbelstudie avond. Morgenochtend vroeg gaat de familie Visser ons wegbrengen naar de airport toe. Daar hopen we om 13.10 uur Malawiaanse tijd te vertrekken voor een reis van totaal 23 uur. We hopen, als alles volgens de planning gaat, op vrijdag om 13.15 uur in Nederland op Schiphol te landen.

Tot ziens in Nederland.

Groeten vanuit Ekwendeni,

Hans

Verhuisd

Deze blog is geschreven vanuit m’n nieuwe huis, daar zal ik straks wat meer over vertellen.

Eerst zal ik even bijpraten over de nieuwe palliative care room, en de rest eromheen. We zijn al een anderhalve maand terug verhuisd naar de nieuwe room. Het stucwerk en verven waren toen klaar. Toen we eenmaal in de nieuwe room zaten wist een van onze collega’s in een keer van alles uit een van de storerooms vandaan te halen. Allemaal goede dingen, die we heel goed kunnen gebruiken, maar het is daardoor in de nieuwe room een beetje op een storeroom gaan lijken. Het plan was al om een kast aan te schaffen. Maar daar is in de tussentijd nog niet veel van gekomen. Aankomende maandag gaan ze daarmee beginnen. En ze hopen met een dag of drie klaar te zijn. We zullen het dus wel zien. Als echt alles af is hoop ik foto’s van de nieuwe palliative care room op de blog te zetten. Als ik het nu namelijk doe dan zie je meer dozen als room.

Daarnaast gaan we ook een nieuwe palliative care outreach week organiseren. In de week van 19 tot en met 23 januari. We hopen in deze week opnieuw gebieden te gaan bezoeken. Dit zijn gebieden die we in de afgelopen outreach week niet hebben bezocht, of waar ze aan het einde nog zeiden dat ze vier patiënten thuis hadden. Ondanks het regenseizoen hopen we toch nog veel nieuwe patiënten te kunnen gaan bereiken. Alle voorbereidingen zijn al in volle gang. Ook al is het soms een geregel voor je hier soms ergens over eens kunt worden, zoals het aantal liter benzine wat we nodig hebben, maar daar komen we gelukkig nog steeds over uit.

Zoals ik verteld had zit ik in een ander huis. Het bericht dat je gaat verhuizen komt hier van de een op de andere dag. Laat ik vanaf het begin beginnen. Voordat ik kwam had Tjerk het huis geregeld waar ik vier maanden in heb gewoond. Er waren toen ook al andere gegadigde voor het huis, maar de dominee hier had gezegd dat ik er eerst in moest. Er was toen afgesproken dat ik tot januari zou blijven. Al die tijd heb ik er met veel plezier en ongestoord kunnen wonen. Tot er in december een gerucht rondging dat de kans zou bestaan dat ik eruit zou moeten. Dit omdat de nieuwe bewoonster er dan in moest. Dus ik ben toen maar gauw naar de office toe geweest om de huur voor januari te betalen. Ook had ik in november daar al gezegd dat ik tot eind januari zou blijven, niemand had ooit tegen mij gezegd dat dat een probleem zou zijn. Ook toen ik betaalde in december was dat nog geen probleem. De secretaresse zou het doorgeven aan het huizen-comité. Deze gaan over de huizen van de station (een wijk in Ekwendeni). En zij waren akkoord gegaan met dit, maar dit was niet tegen mij gezegd. Nu werden de geruchten in begin januari alleen maar gekker en gekker. Daarnaast werd Rabecca ook steeds gebeld, door de nieuwe bewoonster, met de vraag of ik er al uit was. Ook had Anneke afgelopen zondagmiddag de dominee op bezoek, en deze had gezegd dat hij er een beetje in zijn maag zat wat hij moest doen. Ik had toen al even met Tjerk overlegt over wat te doen. Het beste zou zijn als ik even bij de dominee langs zou gaan om te vragen wat nu de bedoeling was. Dus op maandag maar even langs geweest. Hij vertelde mij: als het kan moet je er zo snel mogelijk uit. Dus had ik toen maar gevraagd, mag ik de tijd hebben tot zaterdag, dit was geen probleem. Ik kon m’n geld halen op de office. Dus dat ben ik toen maar gaan doen. Toen ik daar eenmaal was werd het verhaal alleen nog maar ingewikkelder. Het bleek dus dat het huizen-comité ermee akkoord was gegaan dat ik tot de 29e daar zou blijven wonen. De secretaresse snapte dus niet dat ik eruit moest, en m’n geld dus terug kwam halen. Zij zou wel even gaan praten met de dominee, helaas is het er die maandag niet gelukt, dus werd het dinsdag. Uiteindelijk ben ik dinsdagmiddag aan het einde van de middag maar even terug geweest naar de office om te vragen of er inmiddels al meer duidelijkheid was over een evt. verhuisactie. Helaas het werd verhuizen. Uiteindelijk ben ik donderdag verhuisd, en zou vandaag de sleuteloverdracht plaatsvinden. Er stonden namelijk nog allemaal banken, stoelen en tafels die allemaal verkocht moesten worden, dat konden we dan mooi op vrijdag verhuizen. Maar gisteren werd ik al gebeld met de vraag waar de sleutel was, want ik was er toch al uit. Maar die spullen dan? Die zou de nieuwe bewoonster wel verhuizen, want dan kon ze er al eerder in.

Gelukkig heb ik nog steeds een eigen huisje. Ik ben er alleen qua ruimte stukken op achteruit gegaan, maar qua kwaliteit weer stukken op vooruit. En ik heb nu een gewone normale warme douche, het lijkt al bijna op NederlandJ Het is een leuk huisje om in te wonen. Het is alleen nog een beetje gek dat dit nu m’n huisje is, de meeste noemen het ook nog het huisje van Aris (hij was namelijk de vorige bewoner, en bouwer van het huisje). Maar dat zal na een week wel over zijn. En ook hier maak je weer van alles mee. Zo werd ik vanmorgen wakker van een aantal kakelende kippen, nou is dat hier niet heel gek, maar toen ik aan het ontbijt zat en door het raam naar buiten keek werden er twintig even geslacht en kaal geplukt. Op zich wel grappig om dat op een vroege zaterdagochtend te zien. Daarnaast moet ik ook goed opletten hoeveel elektriciteit ik verbruik, ik heb hier namelijk prepaid elektriciteit. Dat betekend dus dat je, net als bij je telefoon, van te voren elektriciteit-credit moet kopen voordat je elektriciteit hebt. Je moet dus goed opletten hoeveel dat je nog hebt, anders zit je zonder elektriciteit. Zoals ik dus vandaag een halve dag heb gehad.

Groeten vanuit een regenachtig Malawi,

Hans

De feestdagen in Malawi

De kerst is alweer afgelopen. En ook in Malawi is de kerst weer achter de rug. Het gaat hier er wel wat anders aan toe met sommige dingen

Het begon al eind oktober in de Shoprite. De kerstbomen en de kerstversiering kwamen toen al tevoorschijn. Na de laatste twee weken ook nog kerstmutsen bij de caissières op hun hoofden gehad te hebben was het feestje helemaal compleet.

Twee weken terug werd er bij het ziekenhuis al een brief van de synode (een van de bestuursorganisatie van de kerk) voorgelezen dat er deze weken vakantie is vanwege kerst. Daarnaast werd er ook bij gezegd dat er geen geld was voor drankjes dus er kon ook geen Christmas feestje kon zijn. Want geen drankje is geen feestje. Gelukkig hebben we nog wel kerstversiering. Dit is natuurlijk niet nieuw, maar word ieder jaar weer opnieuw gebruikt. Vorige week dinsdag zijn ze het hele ziekenhuis rond gegaan om alle afdelingen te gaan versieren. Het ziet er echt erg mooi uit. Soms een beetje te veel van het goede:) We hebben zelfs op de privé afdeling een wiegje met een beer erin staan. Het staat symbool voor het kindje Jezus. Er staan ook kerstkaarten bij het wiegje, sommige kaarten gaan al jaren mee. Een komt er namelijk uit 1989. Je kunt het maar hergebruiken.

Ook de kerk is afgelopen week versierd voor kerst. Overal ballonnen, en voor op de preekstoel lag en hangt kerstverlichting. En een klein kerstboompje kan ook niet missen. Op woensdagavond hadden we kerstavond in de kerk. Met elkaar zingen en dansen. Daarnaast ook een korte meditatie over de kerstboodschap. De volgende dag was het kerst. Een beetje onwerkelijk met een temperatuur van rond de dertig graden. Ik had een beetje een zondag gevoel. De dienst was gecombineerd. Dus dan wordt er Chitumbuka en Engels gesproken tijdens de dienst. Scheelt de dominee weer een extra dienst. Aan het einde van de dienst gingen we elkaar een happy Christmas wensen door elkaar ‘we wish you a merry Christmas’ toe te zingen. Na de kerk heb ik gezellig met Rabecca (de buurvrouw) en Rianne koffie gedronken. Toen nog snel even wat lekkers gebakken voor bij de koffie eind van de middag. Daarna ben ik naar Martijn en Anneke gegaan om hen te helpen met de laatste voorbereidingen voor het diner. We zouden daar namelijk met Rabecca, Daniël, Jean, Joanna, Rianne en ik een gezellig kerstdiner houden. Wat er allemaal op het menu stond was echt fantastisch lekker. Echt een kerstdiner. Al met al was het erg gezellig ondanks dat het een raar idee is dat het kerst was.

Bij kerst is natuurlijk ook vakantie een woord wat vaak niet weg blijft. Zelf ben ik ook een aantal dagen weg geweest. En wel te verstaan naar mount Mulanje, de hoogste berg van Malawi. Het was een lange reis, bijna vijftien uur reizen met de bus, maar het was onwijs mooi. Boven op de berg was een hut waar ik geslapen heb. Het was ook primitief koken, op een open vuur, maar dat mag de pret niet drukken. Daarna nog een hele dag terugreizen, maar voor zo’n mooie reis heb je dat er wel voorover.

We gaan van feest naar feest hier. Ook hier zijn we inmiddels in 2015 aanbeland, en ook nog eens een uur eerder als in Nederland. Na in Blantyre (daar kwamen we met de busreis langs) vijf vuurpijlen gekocht te hebben, hopend dat het niet illegaal was, kon het feestje natuurlijk echt beginnen. ’s Avonds zouden we (Rianne en ik) gezellig bij de familie Visser oud op nieuw gaan vieren. Met elkaar hebben we lekker zelfgemaakte oliebollen, appelbeignets, bananenbeignets en kroketten zitten eten. Echt heerlijk al die zelfgemaakte dingen, dat maakt het feestje natuurlijk wel compleet. Met elkaar hebben we gezellig een spel zitten spelen, en daarna een film gekeken, om de tijd tot twaalf uur vol te maken, en dat ging snel voorbij. Na twaalven elkaar alle goeds voor 2015 toegewenst. En dan natuurlijk het vuurwerk. De mensen in Malawi weten niet wat ze zien, zelfs de watchman stond eerder die avond al in de rij voor sterretjes mee af te steken. Ook hadden we hem even laten zien wat er allemaal in Nederland word afgestoken. Mensen hier denken dat de oorlog is uitgebroken. Het is eigenlijk best wel bizar in Nederland. Hier is het na twaalven nog even rustig als daarvoor. Je hoort een handvol knallen en dat was dan ook alles.

De feestdagen zijn hier dus wel apart om te vieren, maar ondanks dat toch erg leuk en gezellig.

Iedereen de allerbeste wensen voor 2015 toegewenst vanuit Malawi.

Hans

Het bezoek van m’n moeder.

Dag iedereen,

Hierbij een verslag van de vakantie die wij (m’n moeder en ik) hebben gehad. Nadat ik 2 december vroeg uit m’n bed gekomen was, namelijk om vier uur, zijn we om vijf uur vertrokken naar de airport van Lilongwe, zo’n vijf uur rijden. We hadden onderweg een aantal keren wat opstartproblemen met de auto, je zou toch zeggen dat je onderweg niet hoeft te stoppen. Nou helaas hier moeten we wel stoppen, wij hebben hier namelijk roadblocks. Dit is een hek, of soms alleen een pion, op de weg waarvoor je moet stoppen zodat de politie kan controleren of er geen onverzekerden rondrijden, of dat de minibusjes niet te vol zitten, te vol is hier meer als twintig personen. Anders krijg je een boete. Wil je deze niet betalen dan is het ook niet doorrijden. Nu is de politie hier ook nog zo aardig dat ze, als je wat geld geeft, gewoon even de andere kant opkijken. Niemand die het gezien heeft. Agent wat rijker en de minibus, auto of taxi kan gewoon weer verderJ Zo gaat dat hier af en toe. Gelukkig hadden we geen problemen met de verzekering, en ook geen boetes, maar het duurt dan vaak alsnog even voordat ze het hek openen, of de pion weghalen. Zo laat de politie hier zien dat ze macht en gezag hebben. Hierdoor viel de auto bij twee roadblocks, en één keer bij het wachten op een vrachtwagen uit en moesten we hem aanduwen, er waren namelijk problemen met de versnellingsbak. Gelukkig kwamen we nog wel op tijd aan om het vliegtuig te zien landen en onze moeders in de aankomsthal te verwelkomen. Na weer vijf uur terug gereisd te hebben naar Ekwendeni, en daar zonder aanduwen veilig aangekomen te zijn, zat de dag er alweer op.

De volgende dag zag m’n moeder Ekwendeni bij daglicht. Een heel andere gewaarwording. Na alles rond het huis gezien te laten hebben zijn we om elf uur naar het ziekenhuis gegaan om daar een rondleiding te geven. Hier duurt het vaak iets langer. Je stelt hier namelijk iedereen voor. Het duurt dus een hele tijd voordat je door heel het ziekenhuis bent geweest om alles te laten zien, en iedereen voor te stellen. Familie is hier ook heel belangrijk. Dus iedereen wist in no time dat m’n moeder er was.

Op donderdag zijn we naar het Lake gegaan. Hier hebben we twee heerlijke dagen gehad. Lekker uitrusten, genieten van het water en natuurlijk ook van de prachtige zonsopgang. Het was er dus erg vroeg uit om de zonsopgang te zien. Hij komt hier namelijk om vijf uur al op. Wij hebben de langste dag namelijk op 21 december. Ook hebben we hier hele mooie vogeltjes gezien. En ook drie leguanen en een varaan. Gelukkig ben ik nog met slippers naar huis toe gekomen. Ben namelijk niet de eerste die op blote voeten terugkomt. Er kwam een man, die iets te diep in het glaasje gekeken had, naar ons huisje toe. Na hem vriendelijk gevraagd te hebben weg te gaan en de deuren van het huisje dicht gedaan te hebben, voordat hij binnen staat, stond hij nog wat te rommelen op de veranda. Dus toch maar even door het raam kijken. Hij stond zijn schoenen te wisselen voor mijn teenslippers. Dat is nog eens een goede deal, ik had er in ieder geval niet op vooruit gegaan. Toen hebben we hem toch maar vriendelijk verzocht weg te gaan, en ben ik met hem maar een stukje het strand op gelopen om het weg te sturen. Het is gelukkig goed gekomen. En we zijn allemaal weer met schoenen of slippers in Ekwendeni aangekomen.

Toen was het 6 december. Sinterklaas had Nederland dus al verlaten, maar gelukkig vergeet hij ook Malawi niet. Ook hier hebben we gezellig met alle Nederlanders uit de noordelijke regio Sinterklaas gevierd. Heerlijk warm en buiten in de tuin. Heel apart om dat met dit warme weer te vieren. Het was erg gezellig. En Sinterklaas en zwarte Piet zijn ook hier echt langs geweest.

Op zondag naar de kerk. Een hele belevenis voor m’n moeder. Het is allemaal zo anders. We hadden die zondag ook een andere dienst als anders. Het was fundraising zondag. Er wordt dus een extra collecte gehouden voor de kerk. Heel de dienst staat dan in het teken van geven. Hoe geef je, wat geef je en waarom geef je. Het geven is hier ook echt een feest. Hier is het namelijk zo dat de gemeente naar de collectebak toe komt. Ze doen het er dan niet gewoon in. Nee, het gaat er hier al dansend en strooiend in. Echt een feest om te geven. Mooi om dat hier ook te zien, en dat terwijl de meeste mensen hier echt arm zijn.

Op maandag was het er ook weer vroeg uit omdat we op safari gingen. Om zes uur zijn we vertrokken, en om vier uur waren we op de plek van bestemming aangekomen. De volgende dag zijn we eerst een wandelsafari gaan doen. We hebben toen van alles gezien. Vogels, een nijlpaard en in de verte de olifanten. In de middag zijn we een bootsafari gaan doen. Echt schitterend. We hebben zoveel gezien. Hele mooi gekleurde vogels, de nijlpaarden van dichtbij, krokodillen en ook de olifanten van heel dichtbij. We konden ze nog net niet aanraken. Echt prachtig om de natuur en de dieren hier te zien. Daar kunnen m’n moeder en ik in ieder geval heel erg van genieten. Op woensdag zijn we met een minibus een autosafari gaan doen. Ook toen hebben we van alles gezien, ondanks de herrie die de minibus maakte. Ook weer vogels, bushbucken, waterbuck, antilopen, everzwijnen en bavianen. Echt van genoten. We zijn op woensdagavond met de nachtbus terug naar Ekwendeni gegaan. De bus was heel erg vol, en heel erg warm. Gelukkig was het halverwege de nacht lekker koel in de bus. En zijn we vroeg in de ochtend veilig aangekomen.

Donderdag zijn we boodschappen in Mzuzu gaan doen. Dat moet ook gewoon gebeuren. Eerst zijn we op de chitenjemarkt gaan rondkijken voor een omslagdoek. Maar natuurlijk de Shoprite kan ook niet missen. En nu was het al wat met al die kerstspullen sinds half oktober, maar nu zitten ook de caissières met een kerst must op hun hoofd. Lekker warm. Ziet er wel erg gezellig uit.

Op vrijdag zouden we weggaan met de palliative care. Drie keer raden. Het was weer eens wachten. Na ongeveer een ruim uur wachten, hebben we besloten het die dag niet door te laten gaan en naar maandag door te schuiven. In de hoop dat het maandag door zou gaan. We zijn die ochtend toen nog wel met Marieke naar een health centre gegaan waar geen stromend water is. Dit voor het project wat in de Burgemeester in Bleskensgraaf loopt. De Burgemeester is een restaurant. In het restaurant verkopen ze water waarvan de opbrengst naar dit health centre gaat, zodat daar stromend water gerealiseerd kan worden. In een health centre doen ze bevallingen, kunnen ze malaria testen, hebben ze medicatie voor malaria, en kan iemand worden opgenomen worden ter observatie totdat de ambulance er is. Dat kan hier namelijk een paar uur duren.

Zaterdag zijn we ’s middags naar m’n watchman geweest. Daar zouden we gaan eten. We hebben daar ong. drie uur zitten wachten op het eten, maar desondanks was het erg gezellig. Hij heeft ons eerst alles bij hem thuis laten zien. Zo ook zijn tomatenvelden, met in totaal 2750 tomatenplanten die die iedere ochtend samen met zijn vrouw water geeft, en ook het varkentje wat hij van zijn salaris heeft gekocht. Daarna hebben we samen met zijn moeder zitten eten. De rest van de familie heeft niet meegegeten, dat is hier uit respect. We kregen nsima, groente (rape: dat is een soort spinazie, tomaten en uien) en local chicken, heel erg lekker. De kip liep ’s morgens waarschijnlijk nog rond. ’s Avonds hadden we het afscheidsfeestje van Aris, hij heeft hier voor een jaar gezeten en is gisteren vertrokken.

Zondag hebben we rustig aan gedaan. Zelf was ik niet zo lekker. Dus heb ik m’n moeder maar met Rabecca (de buurvrouw) naar de kerk gestuurd. Verder hebben we ’s avonds meegeluisterd met Nederland.

Maandag was het dan toch zover. We zouden meegaan met de palliative care. Gelukkig we gingen outreach. Wel anderhalf uur later dan gepland, maar we gingen. Op de planning stond dat we drie patiënten gingen bezoeken. We hebben heel wat gezien en beleeft. Gelukkig ging het met alle drie de patiënten iets beter als de vorige keer. De situaties die we tegenkomen raken je vaak. Zo hebben we ook een patiënt van 36 jaar die slokdarmkanker heeft. Daarnaast heeft ze ook een kindje van negen maanden oud. Twee weken terug zijn we ook bij haar op bezoek geweest en hebben we babypoedermelk gegeven, zodat ze de baby extra konden voeden, en zodat de vrouw meer energie voor zichzelf kan sparen. Nu hoorden we dat de vader geprobeerd had de babypoedermelk te verkopen op de markt voor geld. Daarnaast hoorden we dat de familie waar ze nu woont niet goed voor haar zorgt. Ze woont bij haar schoonfamilie, en de cultuur is hier dat alles tot de man toebehoort. Ze heeft dus zelf niks te zeggen over de kinderen, het huis en alle andere dingen. Gelukkig was de babypoedermelk niet verkocht, maar er was wel veel te weinig gebruikt. We hopen maar dat de situatie daar verbeterd.

Dan was vandaag weer de terugreis voor onze moeders. Ook vandaag weer vroeg op, om op tijd op de airport te staan. We zijn op tijd aangekomen, en hebben toen nog wat gedronken met elkaar. Daarna afscheid genomen en uitgezwaaid. En dan allemaal maar weer terug naar huis. Net voordat we thuis waren kregen we een lekke band. Gelukkig terug en niet op de heenweg. Als goed is zit m’n moeder nu op de airport van Addis Abeba te wachten op het volgende vliegtuig. We kunnen terugkijken op een hele leuke vakantie waarin we veel gezien en beleeft hebben.

Daarnaast is er ook nog ander nieuws. Ik blijf namelijk drie weken langer. Tot 30 januari 2015.

Warme groet vanuit Malawi,

Hans

Palliative care week

Afgelopen week hebben we als palliative care een drukke week achter de rug. We hadden een outreach week. Dit houdt in dat we iedere dag naar de buitengebieden gaan die wat verder weg liggen.

Na twee weken terug op dinsdag onze wekelijkse vergadering gehad te hebben, en hierin besproken te hebben wat iedereen ervan vond om de buitengebieden die verder weg liggen te gaan bereiken met een outreach week, heb ik de eerste actie ondernomen om dit te organiseren. Iedereen vond het wel een goed idee, om ook zo meer naamsbekendheid te geven aan de palliatieve zorg. Na bij de transport officer (manager van het transport) gevraagd te hebben of er heel de week een ambulance ter beschikking was hiervoor zei hij, dat het voor hun mogelijk was om dit te doen. Toen nog vragen bij de apotheek of Agnes (mijn collega van de palliatieve zorg) ook heel de week mee kon op outreach, en dat was ook mogelijk. Wat wil je nog meer. Toen de plannen nog maar wat definitiever gemaakt met het maken van een planning welke gebieden we willen gaan bezoeken in die week. Na de planning gemaakt te hebben samen met mijn collega Agnes, en ook goedkeuring gevraagd bij Emily, op naar de transport officer, zodat hij een begroting van de benzinekosten kon gaan maken. Een maal op zijn kantoor aangekomen bleek het intussen niet goed mogelijk te zijn, want er waren niet genoeg drivers, ik weet niet waar ze alle negen in een keer naar toe moeten, maar we hadden er niet genoeg voor de week. Een beetje teleurgesteld hierin toch maar terug, en dit tegen m’n collega gezegd, vroeg ik of zij niet eens naar hem toe kon gaan om erachter te komen wat het probleem was. Het is hier vaak zo dat het probleem niet gezegd word, maar dat er door iets anders het niet meer mogelijk is. Vaak is het geld hier een probleem. Nadat mijn collega naar de transport officer geweest was en bij mij terugkwam, waren er ineens geen problemen meer. Heel makkelijk. Dus na alle dingen geregeld te hebben, en af en toe mijn collega naar de transport officer toegestuurd te hebben om te kijken of de begroting er al was, hoopte we dat we op maandag konden vertrekken.

De maandag was aangebroken. Een beetje spannend of na de overdracht de ambulance zou komen, en we dan echt met de outreach week konden beginnen, was het wel. Je weet hier namelijk maar nooit. De ambulance kwam. Een uurtje later dan we gepland hadden, maar ja de ambulance was er. Op naar het eerste gebied. Dunduzu, hier is een heel actieve vrijwilliger op pad geweest, en had drie chiefs (dorpsoudste) en zeven patiënten op getrommeld om te komen. Het zijn dan niet allemaal patiënten die echt voor de palliative care zijn, maar ze komen dan omdat er gratis zorg is, en ze dan niet naar het ziekenhuis toe hoeven. Nadat Agnes uitleg gegeven had over de palliative care en wat we allemaal doen zijn we van iedereen het gewicht, de bloeddruk, hartslag en de temperatuur gaan opmeten, zodat ze daarna naar dr. Anneke konden om daar over hun klachten te spreken. Uiteindelijk hebben we aan het einde van de ochtend twee nieuwe patiënten. Op naar het tweede gebied, we proberen namelijk iedere dag twee gebieden te bezoeken.

Eenmaal daar aangekomen worden we door alle vrijwilligers zingend ontvangen. Dat is pas een warm welkom. Iedereen begroet je en je krijgt de beste stoelen aangeboden (kinderstoeltjes, waar ik al heel wat jaren niet meer in pas), maar voor hier is het een gebaar van respect. Er blijken hier geen patiënten naar de meeting gekomen te zijn, maar er is er wel een thuis, die niet in staat is om hierheen te komen. Maar ze zeiden dat het twee minuutjes lopen was om bij het huis te komen. Zo gezegd zo gedaan. Het blijkt een man te zijn met een dwarslaesie, hij ligt hierdoor al sinds 2005 op bed, en kan zich alleen maar op zijn zij draaien. Hij ligt de hele dag in zijn huis, en is al die jaren niet meer naar buiten geweest. Zijn vrouw is ook bij hem weggelopen. De guardians (verzorgers) zorgen wel goed voor hem. Iedere ochtend voor schooltijd komt er een jongen eten bij hem brengen, dit zet hij dan in handbereik voor de man neer. Wij vroegen ons eigenlijk of de man niet eens naar buiten wilde gedragen worden. Het hoefde niet per se van hem. Gelukkig had de man geen pijn of wonden. In Nederland zouden we zeggen allemaal ellende wat deze man meemaakt. Zelf zit hij nergens over te klagen en is dankbaar voor wat hij heeft. Een mooi voorbeeld voor ons, om dankbaar te zijn met de vele dingen die we hebben. Want wij hoeven maar te roepen en we hebben het vaak al, niks is hier vanzelfsprekend, en iedereen is dankbaar voor de kleine dingen die ze hebben.

Het was soms een getouwtrek voordat de ambulance er was. Maar we zijn er iedere dag op uit gegaan, ook al vertrokken we iedere dag vaak een half uur tot ander half uur later. We hebben hierdoor veel mensen kunnen bereiken, als ze er waren. Want we hebben ook twee dagen gehad dat er bij een van de twee gebieden die we gingen bezoeken niemand was. En dus zonder iets gedaan te hebben weer terug gingen. Het leuke aan zo’n outreach week is dat dingen soms even moet improviseren om dingen voor elkaar te krijgen. Zo hebben we vaak ergens het plaatselijke kerkje spreekuur gehad, want in het klaslokaal kan iedereen meeluisteren. We hadden ook medicijnen (antibiotica, pijnstilling en vitamines) mee, deze zaten we dan onder een boom te verstrekken. Dat maak je in Nederland niet zomaar mee dat je ergens onder een boom een apotheek begint.

Hier is iedere dag weer anders. Zo stonden we afgelopen woensdag bij de gate van het ziekenhuis om weg te gaan, komt er iemand naar ons toe. ‘Waar gaan jullie naar toe’ is het, ‘wij gaan naar Chilida en Thimalala vandaag’. ‘O dat komt goed uit daar gaan wij ook naar toe, met de palliative care’, ‘o daar weten wij niks vanaf’. ‘Ja, dat hebben we met mrs. Chiona (Emily) afgesproken’. Zo gaat dat soms, dingen worden er afgesproken, maar niet doorgegeven. Zaten we opeens met vijf azungu (letterlijk: meer blanken) in de ambulance, op weg naar het eerste gebied van die dag. Er waren drie verpleegkundige studenten van Noord-Ierland die wilden zien wat de palliative care was. Zelf vonden we het een beetje ongemakkelijk, met zoveel azungu ben je een beetje een attractie voor mensen, en we hoopte dat de chiefs, vrijwilligers en de patiënten het niet vervelend vonden dat we met zoveel blanken waren. Gelukkig kwam het goed.

Aan het einde van de week konden we terugkijken op een geslaagde week. En dat met drie dagen voorbereiding. Het organiseren van activiteiten gaat hier wat anders dan in Nederland, maar het komt hier gewoon goed.

Morgen maar weer vroeg m’n bed uit om naar de airport te gaan. Want m’n moeder hoopt daar rond half één te staan. En hier voor twee weken te blijven. Dus we hebben lekker vakantie, en gaan van alles doen en beleven.

Groeten uit Ekwendeni,

Hans

Training, verhuizen en tuinieren.

Eindelijk was het zover. Na weken moeten wachten tot alles in de palliative care room geverfd was, konden we maandag gaan beginnen. Na vorige week vrijdagochtend rond een uur of twaalf nog een poging gedaan te hebben om ze aan het werk te krijgen, en ook mijn Malawiaanse collega geïnstrueerd te hebben om ’s middags nog een keer langs te gaan om te kijken of ze aan het werk waren, ging ik naar huis om ’s middags Bijbelclub te geven op de blindenschool. Op maandag kwam ik een beetje met tegenzin naar het ziekenhuis. Ik dacht: ‘daar gaan we weer, weer iedereen aan het werk zetten en zorgen dat ze weten wat er moet gebeuren en dan nog eens drie keer komen controleren of ze echt aan het werk zijn’. Na het morgingreport ging ik naar de palliative care room om te kijken of er vrijdag wat gedaan was kwam ik een opnieuw geverfde deur tegen, maar het mooiste was toen ik naar binnen wilde zat de deur op slot. Dus het slot hadden ze ook veranderd. Helemaal blij ging ik opzoek naar de builder. Na zijn collega gevonden te hebben en de sleutels gekregen te hebben gingen we samen even binnen kijken. Ze hadden alles af. Wauw. Vrijdag is er toch nog veel gedaan. Na iedereen hartelijk bedankt te hebben en ook nog even bij builder geweest te zijn om die ook nog te bedanken voor al het werk wat hij gedaan had. Moest ik ook nog even naar de manager van de afdeling bouwen, timmeren, zagen, verven en nog wat dingen, om daar door hem hartelijk bedankt te worden voor het geld wat beschikbaar is gesteld voor de palliative care room. Dus ook jullie worden vanuit Malawi hartelijk bedankt!

Woensdagmiddag zijn de eerste spullen verhuisd. Een heerlijk gevoel geeft dat. In de oude room hing wel een wat nare lucht, maar dat kreeg een duidelijke oorzaak toen we onder het onderzoeksbed en het bureau heel veel muizenkeutels tegenkwamen. Donderdag ben ik zelf met het papierwerk begonnen. Ik heb hiermee wel gezien dat een Malawiaan niet te veel opbergruimte moet krijgen, anders word alles bewaard. Na heel veel papier uitgezocht te hebben en veel weg gegooid te hebben ben ik ’s middags verder gegaan met het maken van nieuwe patiënt rapportage-formulieren en folders voor nieuwe patiënten en daarmee was de dag al gauw ten einde.

Vanmorgen werd ik door een van mijn collega’s, die ik al een paar dagen niet meer gezien heb, hartelijk bedankt dat ik hier in Malawi ben om hun te helpen met het veranderen van de palliative care room, en ook voor het maken van deze nieuwe formulieren. Leuk om dat te horen te krijgen.

Volgende week hopen we het helemaal af te krijgen. We gaan er in ieder geval ons best voor doen.

Naast dat is ook eindelijk de storeroom opgeruimd. Alles wordt in één keer afgerond. Heerlijk. Het was helemaal schoon en overzichtelijk. En we hebben zelfs ruimte over. En dat met maar drie dagen met z’n drieën eraan gewerkt te hebben. Gelukkig is het af want toen ik vandaag naar huis toe liep kwam de nieuwe container er al aan. Daar doe ik niks meer mee. Dat mogen ze zelf gaan doen.

Vorige week woensdag hadden we ook een training voor alle vrijwilligers van de palliative care. De voorbereiding hiervoor was echt op z’n Malawiaans. Een dag van te voren worden alle vrijwilligers opgebeld met de mededeling dat ze de volgende dag op een training worden verwacht. De training begint om acht uur ’s morgens. Om kwart voor acht ’s morgens aangekomen bij de zaal waar de training wordt gegeven is er helemaal niemand te bekennen. Na tien minuten komt er een vrijwilliger aan, en was dus op tijd. En er zijn maar weinig Malawiaanen op tijd. Rond half negen komt een van onze collega’s aan. We moeten nog wachten op de andere die de zaal heeft geregeld en de leiding die dag heeft. Na wat navragen door onze collega die er al is blijkt dat de zaal helemaal niet voor ons is. Dubbel geboekt dus. Lekker sta je dan zonder zaal met een training voor de boeg. Na een kwartiertje kwam ook de andere collega eraan. Geen paniek dan gaan we toch naar een ander gebouw toe. Uiteindelijk ook nog goedkoper, dat is hier altijd meegenomen. Inmiddels waren er al een stuk of dertig vrijwilligers aangekomen, en iedereen hielp ijverig met het verhuizen van de spullen. Alles en iedereen ziet er op en top uit. De beste kleren aan getrokken omdat het voor de meeste een bijzondere aan gelegenheid is. Maar bij sommige mensen zie je dan nog grote gaten in de schoenen zitten waar de tenen uitsteken. De punten die werden behandeld werden soms nog even gauw voorbereid al was de ander nog aan het vertellen. Ook de Chaplin (dominee) kwam om te vertellen over pastorale zorg. Ook hij doet mee aan het gauw nog even voorbereiden als de ander nog bezig is. Gelukkig dat de mensen dat niet echt door hebben en geniet van heel de dag. Ook omdat ze nu eten, drinken en een Bijbel krijgen. En aangezien de meeste van de vrijwilligers thuis nog geen Bijbel hadden, en er dus heel blij mee waren en dit ook al zingend aan ons lieten weten, was het na anderhalf uur te laat beginnen toch nog een zeer geslaagde dag.

De tuin van mijn huis was ook een beetje aan de kale kant. Grond, zand en stof, oh ja en af en toe een plantje. Na eerst maar een begonnen te zijn met af en toe water te geven aan de planten die er stonden kwamen er vanzelf nog meer planten bij. Ook heb ik mijn eigen groentetuintje. Een omheining van gedroogd gras om de planten te beschermen tegen de kippen en een stukje tuin ook beschermd met een oud muskietennet groeien de planten hier goed. Veel zon, water en warmte. Ja, dat is nou het makkelijke aan Afrika. Daar is het over het algemeen een stukje warmer dan in Nederland. Iedere dag boven de 32?C, daar groeien de planten wel lekker van. Binnenkort hoop ik dus lekkere tomaten, komkommers, wortels, paprika’s en bloemkolen uit eigen tuin te hebben. Het is wel lekker om wat meer groen rondom het huis te krijgen.

Naast de groente ben ik ook met bloemen aan de gang gegaan. En het leuke is dat we hier ook brugmansia’s hebben (trumphetflower), En heb drie stekjes in de tuin staan. Ze groeien al goed, en ik hoop dat ik ze nog zie bloeien. Het gaat dus al op een echte tuin hier lijken. Erg leuk om te gaan doen.

Groeten vanuit Malawi,

Hans

(Ps. Morgen ga ik er foto’s opzetten, ga nu eerst gezellig met m’n watchman een spelletje Bawo spellen, een typisch Malawiaans spel)

Het kan niet gek genoeg zijn!

Alweer bijna twee weken verder na m’n laatste blog en er gebeuren en zijn hier nog steeds dingen waar je je over kan verbazen.

Maar eerst zal ik wat over de verbouwing van de palliative care room vertellen. Het gaat gestaag verder. Je moet ze hier soms flink achter de broek aan zitten om iets voor elkaar te krijgen. De verbouwing gebeurd door de ‘builders’ van het ziekenhuis. Zij worden ook door het ziekenhuis betaald, dit is namelijk hun werk. Je moet ze soms alleen op weg helpen om ze het werk te laten zien. Het is in de afgelopen twee weken niet heel veel gebeurd. De hoofdbuilder was namelijk ziek. En dan weet niemand natuurlijk wat voor werk dat hij moet gaan doen. Hierdoor heeft het een week stil gelegen. Na iedere dag vragen of de hoofdbuilder weer beter was ben ik afgelopen woensdag zelf maar van alles gaan regelen. Zo bleek er na hier en daar wat navragen nog geen verf te zijn, terwijl er gezegd was dat ze dit al wel hadden en morgen zouden beginnen (inmiddels is dat al meer als een week terug). Toen uiteindelijk bleek het geld voor de verf ook nog niet te zijn gegeven door het accountantskantoor. Dus maar weer na de volgende persoon toe om te vragen of die een aanvraag voor het geld van de verf kan schrijven. Zo gezegd zo gedaan. ’s Middags was degene die de aanvraag voor het geld had ingediend naar Mzuzu toe, ik dacht mooi die is geld of verf halen. Toen ik haar de volgende dag ’s morgens ging opzoeken bleek ze geen geld en geen verf gehaald te hebben. Het was voor iets anders, maar de aanvraag was al wel op het accountantskantoor. Gelukkig, dat scheelt alvast weer een dag. De hoofdbuilder was ook weer beter dus na even overlegt te hebben wanneer hij nou echt dacht te beginnen zei hij: ‘vandaag kunnen we beginnen, we gebruiken de verf die we eigenlijk voor het laboratorium zouden gaan gebruiken. En dan als we het geld hebben kopen we weer nieuwe verf voor het laboratorium’. Dit is een van de Malawiaanse logica’s. Maar ja, al lang blij dat ze gelijk weer verder gingen was al leuk genoeg. Ik ben maar met hem mee gelopen naar de room om te vertellen en te laten zien wat er allemaal nog gedaan moest worden, direct belde hij de mensen op die dat konden doen, en voordat ik vertrok was waren ze al aan de slag gegaan.

Zo loop ik dus vaak aan het begin van de dag op zoek naar alle mensen om ze aan het werk te zetten en ben daar vaak een anderhalf uur mee bezig. Als het lukt loop ik tussendoor altijd even langs om te kijken of ze al vorderen met het werk, maar ook om ze wat veren in de broek te steken, dit zodat ze door blijven werken. Na op donderdag hard gewerkt te hebben hoopte ik dat ze op vrijdag door zouden gaan om dan te gaan verven. Ze hadden donderdag namelijk al het voorbereidend werk gedaan. Na de ochtendoverdracht van de nachtdienst was ik gaan kijken, maar er was nog niemand te zien. Nadat we teruggekomen waren van onze wekelijkse rit met de palliatieve zorg was er nog niemand aan het werk. Na het nagevraagd te hebben bleken dat de hoofdbuilder voor een vergadering naar Mzuzu was. Dit was op zich het probleem nog niet zo erg, maar de verf stond achter slot en grendel en hij had de sleutel. Echt weer iets Malawiaans, dat zou ons in Nederland niet zijn overkomen. Nou hoop ik maandag dat we er allemaal weer met frisse moet tegenaan kunnen.

Het project wordt vanuit de giften die ik van jullie heb ontvangen volledig gesponsord. Hierdoor is het mogelijk geworden om deze ruimte te verbouwen, en hierdoor beter de patiënten te ontvangen. Maar ook in het buitengebied meer mensen te kunnen bereiken en pijnmedicatie te verstrekken als dat nodig is.

Op vrijdag gaan we met de palliatieve zorg altijd weg om onze wekelijkse rit te maken naar de patiënten toe. Iedere week hebben we weer andere patiënten. De ene patiënt bezoeken we één keer in de twee weken de andere weer één keer in de 2 maanden. Gisteren was ik naar de alleen naar de eerste patiënt toe. Daarna heb ik mijn collega’s opgepikt bij het ziekenhuis. Als ik alleen op pad ga dan vertaald de chauffeur. Zo moest er ook worden uitgelegd hoe iemand incontinentie-inleggers moest gebruiken. Dit wordt helemaal uitgebeeld met handen en voeten door de chauffeur, erg leuk om te zien hoe creatief ze kunnen zijn om dit soort dingen uit te leggen. Nadat we de collega’s hadden opgepikt bij het ziekenhuis gingen we door naar de tweede patiënt. Daar aangekomen stapte we uit. Toen we bij de voordeur stonden zeiden ze dat de patiënt niet thuis was, maar naar de markt. Dan maar door naar de volgende patiënt. Maar terug bij de auto bleek de chauffeur weg. Was ook even naar de markt toeJ. We waren nog geen twee minuten uit de auto geweest. Dus de zuster (Agnes) ging hem maar zoeken. Sta je dan bij de auto te wachten met z’n tweeën, patiënt weg, chauffeur weg en de zuster weg. Na tien minuten wachten en veel plezier om de situatie kwamen de chauffeur en de Agnes weer terug. We konden dus weer verder naar de volgende patiënt.

Gelukkig ben je in het ziekenhuis niet afhankelijk van een chauffeur om naar de volgende patiënt te gaan. In het ziekenhuis zelf zijn de mannenafdeling en de privé-afdeling de twee rustigste afdelingen. Op de mannenafdeling liggen er vaak vijf of meer mannen. De privé-afdeling soms maar één, dit omdat er weinig mensen zijn die meer willen betalen voor een ziekenhuisopname, en de meeste mensen kunnen het niet betalen. De kinder- en vrouwenafdeling zijn afdelingen waar het drukker is. Hier liggen vaak tien of meer patiënten. Op de kraamafdeling is het het drukst. Hier worden dagelijks tussen drie tot acht kinderen geboren. Na de geboorte blijven ze vaak nog een aantal dagen. Ook liggen hier de vrouwen die complicaties hebben tijdens de zwangerschap. Meestal liggen er rond de dertig tot veertig vrouwen op deze afdeling. Dan is er ook nog de polikliniek/huisartsenpost. Hier is het vaak in de ochtend druk en ’s middags vaak rustig. Er worden in de ochtend ongeveer vijftig tot honderd mensen gezien en behandeld. In de middag zijn er vaak maar ongeveer tien patiënten. Het gaat vaak om kleine bloedonderzoeken, zoals malariatesten. Of het opnieuw verbinden van een wond. Je kunt dus op de meeste afdelingen wel wat doen. Het is bij de ene wat rustiger dan bij de andere, maar de patiënten die er vaak liggen zijn over het algemeen vaak een stuk zieker dan in Nederland, doordat ze lang wachten om naar het ziekenhuis toe te gaan om maar geld uit te kunnen sparen, of omdat ze er geen geld voor hebben en eerst moeten verdienen.

Dan hebben we ook nog dingen waar ze hier niet vroeg genoeg mee kunnen beginnen. In Nederland hebben jullie alle winkels vol met taaitaai, kruidnoten, pepernoten en chocoladeletters. Hier hebben we alles al liggen voor kerst. In de Shoprite, de grote supermarkt waar (bijna) alles te halen valt, is al sinds half oktober van alles te halen voor kerst, van kerstbomen tot kerstkransjes. Je betaald er hier dan soms de hoofdprijs voor, maar het is tenslotte bijna kerst. Eerst gaan we hier toch maar Sinterklaas vieren, en daarna zien we wel wanneer kerst komt.

Al met al hebben we hier soms best gekke dingen die we beleven. Het levert soms wel hilarische momenten op waar we als blanken veel plezier om hebben.

De groeten vanuit Malawi.