Hans2Malawi.reismee.nl

Palliative care week

Afgelopen week hebben we als palliative care een drukke week achter de rug. We hadden een outreach week. Dit houdt in dat we iedere dag naar de buitengebieden gaan die wat verder weg liggen.

Na twee weken terug op dinsdag onze wekelijkse vergadering gehad te hebben, en hierin besproken te hebben wat iedereen ervan vond om de buitengebieden die verder weg liggen te gaan bereiken met een outreach week, heb ik de eerste actie ondernomen om dit te organiseren. Iedereen vond het wel een goed idee, om ook zo meer naamsbekendheid te geven aan de palliatieve zorg. Na bij de transport officer (manager van het transport) gevraagd te hebben of er heel de week een ambulance ter beschikking was hiervoor zei hij, dat het voor hun mogelijk was om dit te doen. Toen nog vragen bij de apotheek of Agnes (mijn collega van de palliatieve zorg) ook heel de week mee kon op outreach, en dat was ook mogelijk. Wat wil je nog meer. Toen de plannen nog maar wat definitiever gemaakt met het maken van een planning welke gebieden we willen gaan bezoeken in die week. Na de planning gemaakt te hebben samen met mijn collega Agnes, en ook goedkeuring gevraagd bij Emily, op naar de transport officer, zodat hij een begroting van de benzinekosten kon gaan maken. Een maal op zijn kantoor aangekomen bleek het intussen niet goed mogelijk te zijn, want er waren niet genoeg drivers, ik weet niet waar ze alle negen in een keer naar toe moeten, maar we hadden er niet genoeg voor de week. Een beetje teleurgesteld hierin toch maar terug, en dit tegen m’n collega gezegd, vroeg ik of zij niet eens naar hem toe kon gaan om erachter te komen wat het probleem was. Het is hier vaak zo dat het probleem niet gezegd word, maar dat er door iets anders het niet meer mogelijk is. Vaak is het geld hier een probleem. Nadat mijn collega naar de transport officer geweest was en bij mij terugkwam, waren er ineens geen problemen meer. Heel makkelijk. Dus na alle dingen geregeld te hebben, en af en toe mijn collega naar de transport officer toegestuurd te hebben om te kijken of de begroting er al was, hoopte we dat we op maandag konden vertrekken.

De maandag was aangebroken. Een beetje spannend of na de overdracht de ambulance zou komen, en we dan echt met de outreach week konden beginnen, was het wel. Je weet hier namelijk maar nooit. De ambulance kwam. Een uurtje later dan we gepland hadden, maar ja de ambulance was er. Op naar het eerste gebied. Dunduzu, hier is een heel actieve vrijwilliger op pad geweest, en had drie chiefs (dorpsoudste) en zeven patiënten op getrommeld om te komen. Het zijn dan niet allemaal patiënten die echt voor de palliative care zijn, maar ze komen dan omdat er gratis zorg is, en ze dan niet naar het ziekenhuis toe hoeven. Nadat Agnes uitleg gegeven had over de palliative care en wat we allemaal doen zijn we van iedereen het gewicht, de bloeddruk, hartslag en de temperatuur gaan opmeten, zodat ze daarna naar dr. Anneke konden om daar over hun klachten te spreken. Uiteindelijk hebben we aan het einde van de ochtend twee nieuwe patiënten. Op naar het tweede gebied, we proberen namelijk iedere dag twee gebieden te bezoeken.

Eenmaal daar aangekomen worden we door alle vrijwilligers zingend ontvangen. Dat is pas een warm welkom. Iedereen begroet je en je krijgt de beste stoelen aangeboden (kinderstoeltjes, waar ik al heel wat jaren niet meer in pas), maar voor hier is het een gebaar van respect. Er blijken hier geen patiënten naar de meeting gekomen te zijn, maar er is er wel een thuis, die niet in staat is om hierheen te komen. Maar ze zeiden dat het twee minuutjes lopen was om bij het huis te komen. Zo gezegd zo gedaan. Het blijkt een man te zijn met een dwarslaesie, hij ligt hierdoor al sinds 2005 op bed, en kan zich alleen maar op zijn zij draaien. Hij ligt de hele dag in zijn huis, en is al die jaren niet meer naar buiten geweest. Zijn vrouw is ook bij hem weggelopen. De guardians (verzorgers) zorgen wel goed voor hem. Iedere ochtend voor schooltijd komt er een jongen eten bij hem brengen, dit zet hij dan in handbereik voor de man neer. Wij vroegen ons eigenlijk of de man niet eens naar buiten wilde gedragen worden. Het hoefde niet per se van hem. Gelukkig had de man geen pijn of wonden. In Nederland zouden we zeggen allemaal ellende wat deze man meemaakt. Zelf zit hij nergens over te klagen en is dankbaar voor wat hij heeft. Een mooi voorbeeld voor ons, om dankbaar te zijn met de vele dingen die we hebben. Want wij hoeven maar te roepen en we hebben het vaak al, niks is hier vanzelfsprekend, en iedereen is dankbaar voor de kleine dingen die ze hebben.

Het was soms een getouwtrek voordat de ambulance er was. Maar we zijn er iedere dag op uit gegaan, ook al vertrokken we iedere dag vaak een half uur tot ander half uur later. We hebben hierdoor veel mensen kunnen bereiken, als ze er waren. Want we hebben ook twee dagen gehad dat er bij een van de twee gebieden die we gingen bezoeken niemand was. En dus zonder iets gedaan te hebben weer terug gingen. Het leuke aan zo’n outreach week is dat dingen soms even moet improviseren om dingen voor elkaar te krijgen. Zo hebben we vaak ergens het plaatselijke kerkje spreekuur gehad, want in het klaslokaal kan iedereen meeluisteren. We hadden ook medicijnen (antibiotica, pijnstilling en vitamines) mee, deze zaten we dan onder een boom te verstrekken. Dat maak je in Nederland niet zomaar mee dat je ergens onder een boom een apotheek begint.

Hier is iedere dag weer anders. Zo stonden we afgelopen woensdag bij de gate van het ziekenhuis om weg te gaan, komt er iemand naar ons toe. ‘Waar gaan jullie naar toe’ is het, ‘wij gaan naar Chilida en Thimalala vandaag’. ‘O dat komt goed uit daar gaan wij ook naar toe, met de palliative care’, ‘o daar weten wij niks vanaf’. ‘Ja, dat hebben we met mrs. Chiona (Emily) afgesproken’. Zo gaat dat soms, dingen worden er afgesproken, maar niet doorgegeven. Zaten we opeens met vijf azungu (letterlijk: meer blanken) in de ambulance, op weg naar het eerste gebied van die dag. Er waren drie verpleegkundige studenten van Noord-Ierland die wilden zien wat de palliative care was. Zelf vonden we het een beetje ongemakkelijk, met zoveel azungu ben je een beetje een attractie voor mensen, en we hoopte dat de chiefs, vrijwilligers en de patiënten het niet vervelend vonden dat we met zoveel blanken waren. Gelukkig kwam het goed.

Aan het einde van de week konden we terugkijken op een geslaagde week. En dat met drie dagen voorbereiding. Het organiseren van activiteiten gaat hier wat anders dan in Nederland, maar het komt hier gewoon goed.

Morgen maar weer vroeg m’n bed uit om naar de airport te gaan. Want m’n moeder hoopt daar rond half één te staan. En hier voor twee weken te blijven. Dus we hebben lekker vakantie, en gaan van alles doen en beleven.

Groeten uit Ekwendeni,

Hans

Reacties

Reacties

Margriet

Geniet van de tijd, samen met je moeder. Dat zijn momenten om te koesteren!

Iris Tukker

Hoi Hans,
leuk je verhalen te lezen. heel veel succes nog in Malawi en geniet nog van je mooie belevenissen.
Groetjes Iris

marjan

Ha Hans,

Over een maand al weer terug in Nederland. Wat gaat de tijd snel. Heb je leuke weken gehad met je moeder?

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!